Regeling over het gebruik en de traceerbaarheid van hopen bodemmaterialen

12.03.2023

(Bron : OVAM)

OVAM heeft zopas een standpunt gepubliceerd m.b.t. zogenaamde hopen bodemmaterialen die het label ’Van ongekende herkomst’ meekregen. Hiermee wil OVAM de erkende bodemsaneringsdeskundige houvast bieden om te bepalen of de gestapelde bodemmaterialen als een afvalstoffen moet worden beschouwd. 

Traceerbaar? 

Concreet stelt OVAM dat gestapelde bodemmaterialen als afvalstof dienen te worden beschouwd indien de traceerbaarheid niet meer kan worden achterhaald.

De traceerbaarheid van de bodemmaterialen houdt in dat van elke hoop bodemmaterialen bepaald kan worden waar de bodemmaterialen vandaan komen: is er een link met bvb. de uitgraving(en), de grondwerkzaamheden of  de uitgevoerde boring(en)? Men moet de historiek van de bodemmaterialen kennen en voor elke hoop de link kunnen leggen met één of meer specifieke uitgravingen. 

Enkel wanneer de bodemsaneringsdeskundige die koppeling kan maken, kan de regeling voor het gebruik en de traceerbaarheid van bodemmaterialen worden toegepast op die hoop. Voor deze hoop kan o.a. gecheckt worden of er een melding is gebeurd conform de regeling voor het gebruik en de traceerbaarheid van bodemmaterialen.

Afvalstof ? Wat nu? 

Indien de partij inderdaad als afvalstof moet worden beschouwd, kan er voor die partij geen technisch verslag opgesteld worden en dient deze afgevoerd te worden naar een grondreinigingscentrum of een opslagplaats voor afvalstoffen (vergund voor het ontvangen van bodemmaterialen die niet voldoen aan de voorwaarden voor gebruik conform het Vlarebo).

Voor materialen die als bodem beschouwd kunnen worden kan daarna op het grondreinigingscentrum of de opslagplaats voor de uitgegraven bodem terug een technisch verslag opgemaakt worden.

U kan het volledige artikel hier lezen.  

U vindt deze informatie ook op de nieuwe webpagina Regeling over gebruik en traceerbaarheid van hopen bodemmaterialen (vlaanderen.be)